Juridisch: plaatsing van een camera en het recht op privacy
Het is voor Milou niet te voorkomen dat dit stukje perceel van de buren binnen het bereik van de camera blijft, omdat de toegangsdeur van haar praktijk grenst aan dit deel van het perceel van de buren. De buren van Milou voelen zich ernstig in hun privacy aangetast omdat zij gefilmd worden wanneer zij naar hun woning gaan, vertrekken of bijvoorbeeld de post uit hun staande brievenbus halen. De buren spreken Milou daarop aan en sommeren haar deze beveiligingscamera te verwijderen.
Camera niet toegestaan, tenzij…
Al in 2002 oordeelde de Hoge Raad dat het ophangen van beveiligingscamera’s een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer oplevert en niet is toegestaan, tenzij sprake is van een rechtvaardigingsgrond. Bij het bepalen of sprake is van een rechtvaardigingsgrond, dient volgens de Hoge Raad onder meer gekeken te worden naar de ernst van de inbreuk, de belangen die met het maken van de inbreuk zijn gediend en of wordt voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Bij proportionaliteit wordt gekeken in hoeverre de inbreuk op de privacy van de buren in verhouding staat tot het belang van Milou. Bij subsidiariteit wordt gekeken of er nog andere oplossingen voor Milou mogelijk zijn.
De buren besluiten om Milou te dagvaarden, nu zij weigert de camera te verwijderen.
Inbreuk op de privacy
De rechtbank overweegt als volgt. Volgens de rechtbank is het uitgangspunt dat met het gebruik van een camera inbreuk wordt gemaakt op het recht op bescherming van de privacy van de buren. Deze inbreuk levert in beginsel een onrechtmatige daad op jegens de buren. De aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond kan echter aan een inbreuk het onrechtmatige karakter ontnemen. Of een rechtvaardigingsgrond zich voordoet, kan slechts worden beoordeeld in het licht van alle omstandigheden van het geval.
Klein deel zichtbaar via camera
De rechtbank overweegt dat op de bewakingsbeelden alleen een klein deel van het perceel van de buren is te zien. De buren komen dan ook slechts in beeld wanneer zij zich op dit stukje van hun perceel bevinden en niet op de rest van hun perceel. Voor de rechtbank is het voorts van belang dat er zich in de buurt meerdere woninginbraken hebben voorgedaan de laatste maanden. Bovendien zorgen twee ramen ervoor dat vanuit de praktijkruimte van Milou ook al rechtstreeks zicht bestaat op dit deel van het perceel van de buren, waardoor de privacy van de buren al enigszins was aangetast. In feite wordt met de camera dus niet meer opgenomen dan met het blote oog zichtbaar is als Milou vanuit één van deze ramen naar buiten kijkt, aldus de rechtbank. Verder overweegt de rechtbank dat deze camera niet kan worden ondervangen door een namaakcamera of uitsluitend een inpandige camera.
Oordeel
Na bovengenoemde belangenafweging komt de rechter uiteindelijk tot het oordeel dat er sprake is van een inbreuk op de privacy van de buren, maar dat deze inbreuk in dit geval is toegestaan. Milou mag de camera dan ook laten hangen!
Tip!
Bovengenoemde casus is gebaseerd op het arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 1 augustus 2017 (zaaknummer ECLI:NL:GHARL:2017:6605). In die zaak mocht de eigenaar van het pand onder die omstandigheden de bewakingscamera’s deels op het perceel van de buren richten. Het is goed mogelijk dat bij andere feiten en omstandigheden een rechter zal oordelen dat het plaatsen van de bewakingscamera’s wel een onrechtmatige daad jegens een ander oplevert, waarbij geen sprake is van een rechtvaardigingsgrond. Bedenk dan ook altijd goed in hoeverre het voor u mogelijk is om bewakingscamera’s te plaatsen, waarbij rekening kan worden gehouden met voornoemde gezichtspunten.
Tekst: Mr. R. van Domselaar, advocaat bij Amice Advocaten B.V., www.amice-advocaten.nl.
Mr. van Domselaar schreef eerder over het opleggen van een no-show boete. Mag dat? Je leest het hier.